In deze opdracht vind je verschillende oefeningen om je vijf creatieve basisvaardigheden te vergroten.
Als je waarneemt, zie je wat er is. Natuurlijk, gelukkig maar!
Maar dit is tegelijk beperkend, want anderen zien ook wat er is.
Als je iets nieuws wilt laten ontstaan, kan dit door ‘anders’ waar te nemen.
Als je oordeelt, stopt je exploratieve denken. Je geeft nieuwe ideeën geen kans meer.
Door uitstel van oordeel regelmatig te oefenen, zul je ook spontaan meer openstaan voor nieuwe ideeën, andere gezichtspunten, verrassende invalshoeken.
Vlot en flexibel associëren is onder andere nuttig bij brainstormen.
Als opwarmer brengen associatieoefeningen het brein ‘in the mood for creativity’.
De eerste ideeën die je bedenkt zijn meestal de voor de hand liggende ideeën.
Door te blijven divergeren (alternatieven bedenken) kom je automatisch je denkdrempels tegen. Daar voorbij begint de originaliteit.
A E I F U
Onderaan deze opdracht vind je een aantal suggesties.
Beelden zijn heel krachtige patronen. Ze zijn niet gemakkelijk te vervormen.
Toch kun je niets nieuws realiseren als je er niet een nieuw beeld bij creëert (al is het onbewust).
Het ver-beelden is zowel het maken van nieuwe beelden als het kunnen loskomen van bestaande beelden.
‘Wat als …’ is de meest creatieve vraag die je kunt stellen. Deze twee woorden zetten je fantasie aan het werk en laten je nieuwe werelden verkennen.
Bedenk minimaal vijf positieve gevolgen van de volgende twee situaties:
Het eerste antwoord is vaak ‘F’, omdat dit de enige medeklinker is. Dan zit je natuurlijk in de grammaticales. Maar met uitstel van oordeel zijn alle soorten antwoorden mogelijk, bijvoorbeeld:
A: heeft een omsloten ruimte; is de enige eerste letter van het alfabet; je moet je mond helemaal opendoen om die goed uit te spreken; heeft twee beentjes op de grond, als je hem op zijn kop zet, valt hij om; …
E: heeft drie horizontale strepen; op zijn kant is hij een M of een W; je kunt er iemand mee roepen; is open aan de rechterkant; is de helft van het cijfer 8; …
I/i: is de enige met een puntje (in klein geschreven); staat te vroeg in het rijtje als je alfabetisch kijkt; is de smalste letter, de enige letter in het midden; in het Engels is I een woord; staat niet in het woord UEFA; …
F: de meest onregelmatige letter qua vorm; is heel onstabiel; de enige die verwijst naar ‘the F-word’, staat te ver in het rijtje volgens alfabetische volgorde; je moet er een klinker voor zetten om hem goed uit te spreken; je kan er een kaarsje mee uitblazen (doordenkertje); …
U: de enige ronde vorm; is een heel beleefde letter; als het regent loopt hij vol water; staat niet in het woord alternatief; in de tweede helft van het alfabet; …
Je kunt de opdrachten uit deze e-learning ook gebruiken tijdens je training of teamcoaching. Wil je hier meer over leren?
Dan ben je van harte welkom in onze Opleiding Systemisch Teamcoach en Teamtrainer of in onze Trainersopleidingen met ziel en zakelijkheid.
Deze e-learning opdrachten komen voort uit het inspirerende boek ‘Communiceren met ziel en zakelijkheid’ van Silvia Blankestijn.
In dit boek vind je de theoretische achtergronden en verdiepende inzichten die deze opdrachten ondersteunen. Bekijk de inhoud van het boek!
* De oefeningen in deze opdracht zijn grotendeels geïnspireerd op Creativiteit Hoe? Zo! van Igor Byttebier. In dat boek vind je nog meer oefeningen om je creatieve vaardigheden te vergroten.
Wil je trainer worden? Of coach worden? Of wellicht allebei? Ben je op zoek naar wat past bij…
Sta je wel eens stil bij wat je écht wilt? Bij wat werkelijk belangrijk is voor jou is?…
Iedereen die andere mensen begeleidt heeft belang bij een goed waarnemingsvermogen. Of je nu als leidinggevende uw medewerkers…
Inzicht en werkvormen over de methodiek van het Stermodel
Download e-book