In deze opdracht voer je een innerlijke dialoog aan de hand van een aantal concrete stappen.
Hierdoor word je je bewust van het effect van deze dialoog op jezelf en op je communicatie met anderen.
Opdracht: Voer een innerlijk dialoog
Voer een innerlijke dialoog tussen twee subpersonen in jezelf, zoals beschreven in paragraaf 4.7 (van mijn boek ‘Communiceren met ziel en zakelijkheid’).
Je kunt bijvoorbeeld een dialoog voeren tussen
Start de innerlijke dialoog als volgt op:
- Visualiseer dat subpersoon A op je ene hand staat en subpersoon B op je andere hand. Zorg dat ze beide aanwezig zijn op alle zes de ontwikkelingsniveaus.
- Begin de dialoog met de subpersoon waarmee je je het minst vertrouwd voelt, deze noem ik subpersoon A. Laat hem/haar zich uitgebreid voorstellen aan B: wie hij/zij is, wat hij/zij denkt, voelt, bezielt,….
- Verplaats je aandacht vervolgens naar subpersoon B. Omdat dit een bekender subpersoon voor je is, kun je hier waarschijnlijk gemakkelijker contact mee maken. Laat vervolgens de informatie van A tot B doordringen. Wat doet dit met subpersoon B? Welke gevoelens en gedachten roept A bij B op?
- Pas als subpersoon B subpersoon A echt gehoord heeft en heeft gevoeld wat dit met hem doet, reageert B op A.
- Op deze manier ontvouwt zich de dialoog tussen A en B. Zorg ervoor dat het niet verwordt tot alleen een mentale woordenwisseling. Sta voortdurend stil bij wat de uitgesproken woorden met zowel A als B doen op emotioneel en fysiek niveau.
- Als je het gevoel hebt dat je de dialoog voldoende doorleefd hebt, kijk dan eens vanaf een afstandje naar je twee subpersonen. Benoem van beide een kwaliteit; iets positiefs dat deze subpersoon je brengt.
- Heb je vanaf deze helikopterview een tip voor je subpersonen om effectiever met elkaar samen te werken?
- Check deze tip bij elke subpersoon. Voelt het goed voor beide om de tip te gaan toepassen?
Reflectie op je innerlijke dialoog
- Wat is het belangrijkste inzicht dat je meeneemt uit deze innerlijke dialoog?
- Wat heeft deze innerlijke dialoog emotioneel met je gedaan?
- Waar voel je dat fysiek in je lijf?
- Wat neem je je qua gedrag voor naar aanleiding van deze innerlijke dialoog?
- Heb je behoefte aan steun of ondersteuning in je omgeving? Zo ja, van wie? En wat ga je doen om dit voor jezelf te organiseren?
N.B.
In opdracht 6.2 ‘Omarm je gekwetste kind’ ga je aan de slag met een specifieke dialoog rond je innerlijke kind.
Gebruik deze opdrachten ook als coach of trainer
Je kunt de opdrachten uit deze e-learning ook gebruiken tijdens je coaching of training. Wil je hier meer over leren?
Dan ben je van harte welkom in onze Coachingsopleidingen met ziel en zakelijkheid of Trainersopleidingen met ziel en zakelijkheid.
Deze e-learning opdrachten komen voort uit het inspirerende boek ‘Communiceren met ziel en zakelijkheid’ van Silvia Blankestijn.
In dit boek vind je de theoretische achtergronden en verdiepende inzichten die deze opdrachten ondersteunen. Bekijk de inhoud van het boek!